DE BURGERIJ HEEFT ZICH EEN STEM VERWORVEN
Thea-Warrior
Tijdens de smakelijke lunch vermaken we ons met de kraanmachinist. Het is een hele opgave om al manoeuvrerend met soms schuivende lasten het dak van het schip van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te mijden. Eén keer gaat het mis; een paneel slaat tegen de daklijst aan, maar de schade lijkt mee te vallen.
Doorwarmd en goed uitgerust is het tijd voor de volgende stap: Doornik van boven bekijken. Zoals ik me eerder deze dagen heb voorgenomen, gaan we het Belfort van Doornik, het oudste van België, beklimmen.
Ik heb reeds ontdekt dat het Belfort op een energielijn staat. Het is de lijn die schuin door beide transepten van de kathedraal gaat, en die ik in het rood zal intekenen op de plattegronden. Heeft er in de Romeinse tijd op deze plek een toren gestaan? In de tijd van Ailbertus d'Antoing, aan het eind van de elfde eeuw volgens mij niet. Of heeft hier een toren gestaan in de eerste ring van stadsmuren?
In 1188 wordt tussen de Franse koning Filips-August en de stadsbewoners de overeenkomst gesloten waarin het 'klokrecht' is vastgelegd. Het is een klassieke win-win-relatie: in ruil voor bescherming zweren de stedelingen trouw aan de koning. Vervolgens bouwen fiere Doornikenaren vanaf 1200 aan hun Belfort; aan het symbool van de stedelijke vooruitgang; van de relatieve autonomie van de burgers ten opzichte van adel en geestelijkheid.
Onderwijskundig gezien is de klokkentoren slim ingericht: geschiedenisposters sieren de wanden. Er valt heel wat te bekijken en lezen. Op een van de posters is de citadel met haar aardwerken uit de tweede helft van de zeventiende eeuw afgebeeld. Wat een werk! En wat weinig duurzaam; honderdvijftig jaar later is op de noordelijke oever alles alweer afgebroken en twee eeuwen later zijn alle fortificaties gedemilitariseerd en ontmanteld.
De verschillende functies van het Belfort worden uitgebreid toegelicht. De toren vormt de uitkijkpost voor een wachter in het kader van mogelijke branden of de komst van vijandelijke troepen, er zit een gevangenis in, en door op de juiste momenten specifieke klokken te laten luiden beschikken de stadsautoriteiten over een uitstekend communicatiemiddel met de burgers; van 'we sluiten de poorten' tot 'dit is het uur van de terechtstelling van de veroordeelde'.
We klimmen naar de eerste gaanderij en het uitzicht is meteen fenomenaal. Het kerkje van Sint-Piatus trekt de aandacht.
In het zuidoosten zijn aan de horizon de schoorstenen van de cementindustrie te zien... daar zijn de steengroeven waar de Doornikse kalksteen wordt gewonnen en daar moet het kasteel staan waar Ailbertus d'Antoing is geboren. Die plek gaat de laatste etappe worden van deze dagen!
Op zich zijn de klokken de moeite van de klim al meer dan waard; niet enkel om ze te zien maar zeker om ze te horen en voelen! Wat een weelde: een banklok, een noodklok, een poortklok en een beiaard met 43 klokken. De banklok heeft maar liefst een gewicht van 5000 kilogram. De kolossale houten balken, de metalen bevestigingen en tandwielen vormen samen kostbaar industrieel erfgoed.
Op de bovenste rondgang ben ik zo gebiologeerd door het uitzicht op de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal, de Grand-Place, het Bisschoppelijk Paleis en de Rue Saint-Martin met het Hôtel de Ville, dat ik vergeet omhoog te kijken naar de magistrale draak. En wat ik ook probeer het lukt me niet om de gehele Kathedraal van links naar rechts en van boven naar beneden op één foto te zetten. Duidelijk! Hiervoor is een meer professionele camera met groothoeklens nodig.