IK-PANTER
Thea-Warrior
Terug uit Lycië gaat het gewone leven weer zijn gangetje. Om de een of andere, mij niet geheel duidelijke, reden heb ik over Het Goede en Het Kwade en daarna over de Strijd van Bellepheron met de Chimaera moeten vertellen. Het is vrij spannend geweest om erover te schrijven, maar ik heb de nodige ruggesteun van Jezus gekregen. Kunnen mensen MET LIEFDE hun handelingen uitvoeren? Het kan!
Vrij snel na mijn thuiskomst maak ik de reis in de Andere Werelden die de feitelijke aanleiding vormt om naar Guatemala op vakantie te gaan. Een reis in de gewone wereld, waardoor ik daadwerkelijk gehoor zal geven aan de uitnodiging van de Ceiba om in het ècht langs te komen.
Op verzoek van drie allochtone kennissen ga ik op woensdag 26 maart 2003 speciaal voor hen drummen. Mijn persoonlijke reisvraag is een aardig ingewikkelde: "Hoe en wat kan ik het beste zijn, om me te voelen en zijn zoals vandaag (vroeg opgestaan, en heel ontspannen actief met heel veel verschillende zaken: ik-Thea kies zelf waarmee ik bezig ben), zodat ik ook in staat ben daadwerkelijk 'Het Verhaal van de Steen' te schrijven?"
Voordat ik twintig minuten in het hartritme drum, roep ik ter begeleiding, bescherming en ondersteuning de spirits aan. Zo creëer ik een heilige, beschermende, ruimte voor de reizigers.
Als ik de spirits aanroep, zie ik tot mijn grote verrassing in het Westen een zwart-wit gevlekte Panter op me af komen. In het Noorden zie ik de Panter door de sneeuw / het beeld van Lapland heen. Op de een of andere manier sta ik hoog boven Moeder Aarde.
Als ik drum op 'dankbaar' zie ik de Panter rechtsvoor op me afkomen. Hij springt omhoog en ik ervaar dat hij me naar de keel springt. Ik besef dat ik gegeten word, en dat dit betekent dat de kracht van Panter in mij overgaat. Dan ervaar ik mezelf tegelijkertijd staand als Thea en lopend op vier poten als een Panter. Ik-Panter heb een enorm lange staart, die soepeltjes achter me aan beweegt.
Ondertussen drum ik op 'Panter'. Ik merk dat ik-Panter een heel ontspannen soepele bek heb. Alles is soepel aan mij-Panter! Een heel lekker gevoel.
Ik-Panter loop tussen hoge lianen en veel groen door. Ik-Panter zit in de jungle. Ik vraag me af waar... Boven mijn hoofd hoor ik-Panter papegaaien schreeuwen... er zijn ook andere oerwoudgeluiden. Apen? Ik besluit dat het Zuid-Amerika is. Zijn daar gevlekte panters?
Het is heerlijk zo soepel rond te struinen. Overal lianen, het is vochtig warm. Lekker loom. Onder mijn voeten zitten verrukkelijke kussentjes, het loopt zo lekker verend, alleen daarom al wil ik-Panter uren lopen.
Ik-Panter kom bij een soort piramide... niet zo groot en enigszins overwoekerd. ik-Panter kom tussen de lianen door en zie kleine groene boompjes en mos op de stenen. Het bestaat uit blauwig grijze gladde steen. Of is het schaduw? Ik-Panter weet dat ik-Panter daarin een hol heb, maar ik-Panter ga er niet naar binnen. Het is er stil. Lianen hangen over de stenen. Er zijn figuren in gebeeldhouwd... aan de rechterkant een hoofd en links iets van een bloem of zo. Bekende indianenafbeeldingen. Ik vraag me af of het Quetzalcoatl is; de gevederde slang...
Dan loop ik weer door de jungle... een geur trekt me naar een soort dorp, kraaiachtig. Er staan enkele lage hutten, een stuk of drie. Ronde hutten, met lage, leemachtig grijze muren. Er zit een puntdak op: een dikke laag stro; rietachtig.
Vaag zit er een soort afscheiding om het gebied heen, een heel open hekwerk. De mensen zien mij niet, ik zit tussen de bladeren van het struikgewas en bespied ze.
Op een open vuur staat een ronde ketel en daarin worden een soort grofvezelige knollen gekookt. 'Cassave?' is wat ik me bedenk. Is dat zoetig?
Dan opeens zie ik-Panter dat meerdere mannen met speren in de aanslag in een driekwart cirkel om mij-Panter / voor mij-Panter staan. Zij doen niks en ik-Panter doe ook niks. In een flits of ik-Panter ben weg. Blijkbaar raakt een van de speren mij-Panter toch. Aan de binnenkant van mijn-Panter rechterachterpoot bloedt het, een krasstreep van zo'n dertig centimeter over de huid. Het doet geen pijn, maar het bloedt flink. Ik-Panter realiseer mij het gevaar: in de jungle moet je niet naar bloed geuren. Ik-Panter lik regelmatig langs mijn-Panter poot. Na korte tijd stopt het bloeden. Ik-Panter ben ver het oerwoud ingegaan. Hier is het rustig, enkel oerwoudgeluiden. Ik-Panter vlei me-Panter heerlijk op de grond. De zon schijnt tussen het bladerdek door en zonnevlekjes spelen over mijn lichaam.
Ik-Panter schenk nog even aandacht aan de wond, maar die is dicht, het is goed zo. Volledig ontspannen lig ik-Panter daar.
Zo super ontspannen komt mijn vraag terug: Hoe kan ik met het beste opstellen om me te voelen zoals vandaag, om zo te zijn? Er klinkt een stem die zegt: Maak je niet druk.
Ik realiseer me de waarheid daarvan in het leven van een Panter. Een Panter maakt zich niet druk. Ook besef ik dat alles op schema ligt, als ik het Verhaal van de Steen niet schrijf, zal een ander het wel doen. Als het tijd is dat er iets gebeurt op deze wereld dan zal het gebeuren. Het zijn allemaal ontspannende gedachten.
Een gegeven moment loop ik weer door de jungle. Ik-Panter realiseer me dat ik-Panter richting mijn kleintjes ga. Ik raak ervan in de war, ze hebben eten nodig, maar de panter heeft niks gevangen. In gedacht zie ik / ik-Panter twee kleintjes buiten spelen. Ze trekken met hun bekkies aan de kale ribben van een tamelijk groot dier. Wat is dat? Een rund? Die zijn er toch niet in de jungle. Wat voor dieren vang ik daar eigenlijk, daar in die jungle. Ik denk aan een karbouw, maar die zijn daar toch niet. In beeld verschijnt een grote miereneter, met een lange snuit. Eet ik miereneters?
Dan ben ik-Panter weer bij de piramidebouw met de terrassen. De maan schijnt, het lijkt wel volle maan. Geruisloos loop ik-Panter naar de ingang van mijn hol in de piramide. Het is een heel kleine ingang. Een vierkant, richting driehoek... aan de bovenkant wat smaller.
Ik ben nog in de war, ik breng geen voedsel mee!
Linksboven op de trappen van de piramide zijn toeristen bezig. Ze doen een of ander dom ritueel... er is ook iemand met een drum, die heeft de piramide tot de top beklommen. Ik zie hem tegen de nachthemel afgetekend, in zijn linkerhand de drum als een grote schijf. Ach, die toeristen, ze merken toch niet dat ik-Panter er ben, daarvoor ben ik te onzichtbaar en te geruisloos.
Binnen komen de kleintjes op mij af en dan merk ik-Panter dat ik-Panter een heel slaphangende buik heb... met grote spenen, de melk drupt er al uit! De kleintjes drinken melk!
Twee kleine pantertjes zijn het, of drie? Ze hebben nog nauwelijks vlekken!
Van binnen vraag ik me af of ik ze als panter af en toe voor de veiligheid naar een ander hol breng... volgens mij wel.
Ik-Panter vlei me bij hen neer, het is rustig in het woud.
Nabeschouwing
Wat een verrassing Panter te zijn. Ik was de hele Panter uit de vorige reis of reizen vergeten.
In het boek van Heike Owusu 'Symbolen van de Inka, Maya en Azteken' zoek ik de gebeeldhouwde figuren op.
Tot mijn verrassing lijken ze het meest op het naamteken van de heerser van Yaxchilán: Schild Jaguar, en van zijn zoon Vogel Jaguar.
Bijzonder coherent panter - jaguar!
Als ik op internet zoek naar Yaxchilán kom ik op de grens van Mexico en Guatemala terecht: bij de Usumacinta-rivier, 185 kilometer van Palenque.
Het is een oude Mayastad van zieners en machtige koninginnen, die daar leefden tussen 200 en 900 na Christus. De piramidetempel kent inderdaad terrassen.
In een beschrijving staat dat magie en ceremonie er in lucht hangen.
De tempel met haar terrassen zit vol afbeeldingen. Op deze afbeeldingen gaan onder ander vrouwen voor in rituelen. Heel bijzonder ook voor de Maya-cultuur. Ze zijn bezig bloed te laten vloeien, een soort aderlating. De schrijfster Linda Schele, schrijfster van 'A Forest of kings' gaat er vanuit dat bloed laten vloeien de magische manier is waarop de ziener begint aan een journey. Symbolisch wordt een poort naar de andere wereld geopend, zodat goden en voorvaderen ontmoet kunnen worden om mee te communiceren.
Grappig, in dit verband, dat ik gisteren, dinsdag 25 maart 2003, met Aad naar een feest van de Sanquin, de bloedbank, ben geweest in Musis Sacrum in Arnhem. Aad had 60 keer bloed gegeven en kreeg een erkenning. Het was een heel bijzondere avond, mede omdat we elkaar in Musis Sacrum ontmoet hebben!
Mij viel iets op aan deze grote groep mensen... ze leken zo 'helder' te zijn. Een vrouw bij ons aan tafel sprak er eveneens over, dat bloed geven een manier was om 'echt', ofwel 'helder', te zijn.
Op internet tref ik ook een foto van de hutten! De vorm klopt, de muren zijn niet van leem maar van houten planken... dit ziet er ietwat te modern uit. Toch... WAAUW
Yaxchilán betekent 'Plaats van de Groene Steen'. Geweldig... op vrijdag 7 maart 2003 heb ik op het strand van Phaselis in Lycië (Turkije) een groene steen gevonden, en die heb ik mee naar huis genomen.
In Yaxchilán deden ze op de trappen ook een spel met een grote bal... jammer dat ik de 'toeristen' meteen zo veroordeelde, ik had er bewuster naar kunnen kijken. Het is zo dat ik me irriteer aan allerlei mensen die rituelen doen en dan daarmee zelf iets worden. Misschien is het beter als ik me niet irriteer, ieder leert op zijn wijze op zijn eigen pad!!! Laat ik niet veroordelend zijn.
Ik-Panter!
Ted Andrews in 'Luisteren naar Dieren' schrijft dat de kwaliteit van Panter is de eigen ware macht opeisen.
Heerlijk, zo voel ik me sinds een week of twee: eindelijk is mijn lijf zo oud dat het past bij mijn geest... alsof ik na jaren en jaren wachten thuiskom. Sinds een aantal maanden, ik houd het niet bij... 4 of 5 of zo, ben ik niet meer ongesteld. Ik weet nog dat ik tampons kocht en dacht / hoorde: doe niet zo gek, je weet dat dit de laatst keer is... Het klopt, en ik ben eindelijk thuis.
Als klein meisje voelde ik me al meer thuis bij de hele oude mensen dan ergens anders. Als tiener idem. Eigenlijk altijd! Het rustige overzicht... dat past me... het niet meer hoeven. O, ik was graag moeder, en ik studeerde graag, het verbaasde me dan ook altijd dat ik mezelf als het ware altijd rationeel bij elkaar moest pakken om te doen wat er me te doen stond. Altijd moest ik mezelf pressen. En nu... nu hoef ik dat niet meer te doen! Alles past! Mijn lijf past eindelijk bij mij: een feestje waard. Mijn leven is een geheel
Grappig om mijn oude aantekeningen uit 2003 hier op Levendweb neer te pennen. Na de reiservaringen noteer ik gewoonlijk informatie die ik op het wereldwijde web en in boeken opzoek. Blijkbaar ook info over mezelf; het lijkt wel een dagboek. Hoe oud ben ik daar? Even rekenen: 48 jaar.
Het boek van Heike Owusu heb ik in 2003, als verzamelaar van boeken met symbolen, nog maar net in mijn bezit. Het zijn niet echt boeken om te lezen, maar wel om iets in op te zoeken, want het wereldwijde web biedt in 2003 veel minder informatie dan nu in 2021.
Nadat ik na de reis waarin ik één werd met Bellepheron naar Turkije ben gevlogen, is het bijna vanzelfsprekend dat ik een nieuw vakantiereisdoel oppak: Yaxchilán in Guatemala.
Wat die groene steen betreft, waarover ik rep... op vrijdag 7 maart 2003 wandelen mijn man en ik over het strand nabij Kemer. Als zwemfanaat gaat mijn man zwemmen in de Baai van Phaselis. Ik heb er niet zo'n zin in; het water is vrij koud. Slenterend verken ik het keienstrand, en dan komt het idee bij me op om uit dankbaarheid voor mijn vakantie in Turkije een Zonnewiel te leggen. Ik zoek acht witte, kleine, kiezelstenen bij elkaar. Tot mijn verrassing vind ik een Groene Steen voor de Centrale Plek in mijn Zonnewiel - voor het Goddelijke in het Hier en Nu. Heel mooi; de kleur groen hoort bij het Hartchakra!
Als 'Strijder voor het Goede' steek ik een stuk van een skelet met de nerven van een cactusblad - tenminste dat denk ik - rechtop in mijn haar. Gelukkig bevindt zich op dit keienstrand ook een vlot waarop het ontspannen zitten is. Hoe dan ook voor ik het weet, speel ik op het strand van de Baai van Phaselis 'de Indiaan die een ritueel uitvoert'.
Kan ik de groene steen als souvenir mee naar huis nemen? Na wat wikken en wegen besluit ik het te doen. Het is een mooie steen om te gebruiken bij het groepsritueel 'Een Steencirkel leggen'. Een paar dagen later stelt vriendin en reiziger Juliette dat de groene steen van jade is.
Bronnen
- Andrews, T. (1997). Luisteren naar Dieren - Spirituele en magische lessen uit het dierenrijk als sleutel tot zelfkennis en bewustzijnsverruiming. Bloemendaal: Becht.
- Owusu, H. (2002). Symbolen van de Inka, Maya en Azteken. Hoevelaken: Verba
- Yaxchilán. Op 7 februari 2021 van https://nl.wikipedia.org/wiki/Yaxchilán
---> 174 EEN UITNODIGING VINDT GEHOOR - Op naar Palin