140 EEN MIS IN DE KATHEDRAAL

DE OGEN VAN DE BISSCHOP

Thea-Warrior

 

Verwachtingsvol stap ik door het voorportaal naar de rechtse ingang van de Kathedraal. Als ik door de deur binnen ben, houd ik onmiddellijk halt, want er is een heilige mis aan de gang. Dat is even schrikken, immers ik ben er niet om het een of ander te verstoren. Terwijl ik sta te kijken, neem ik een foto van het (26-meter-hoge) schip. Links, iets voor me, staat een groot beeld. De rechterhand wijst omlaag. Wat later zal ik ontdekken dat deze hand toebehoort aan een enorm Heilig-Hart-Christusbeeld èn een brede energielijn aanwijst. Terwijl ik de foto neem, sta ik bovenop die lijn, die ik, als ik weer thuis ben, met geel op de kathedraalplattegrond zal weergeven.

 

Ik besluit gewoon mee te doen en neem plaats in een van de laatste rijen. Ik kijk en luister. Links in de viering (aan de noordkant) zit de bisschop van Doornik op zijn cathedra: zijn zetel. Hij draagt een groen kazuifel.

Terug thuis uit Tournai zoek ik op het wereldwijde web naar de naam van de bisschop: Guy Harpigny. In 2003 is hij door paus Johannes Paulus II benoemd tot 100ste bisschop van het bisdom Doornik.

 

Zo luister ik 3 maart 2019 naar de inhoud van epistel en evangelie, maar ik onthoud deze niet. Ben er nu wel nieuwsgierig naar; wat heeft centraal gestaan die zondag? Omdat vanuit de kerk deze gebeden in principe Europabreed of zelfs wereldwijd zijn voorgeschreven, raadpleeg ik het wereldwijde web. Het epistel, de lezing uit het Oude Testament, blijkt Jeremia 7: 1-15 te zijn. Wanneer heeft profeet Jeremia eigenlijk geleefd? Voor mijn beeldvorming houd ik van jaartallen.

Volgens het wereldwijde web is Jeremia ca. 645 jaar voor Christus geboren in Anathoth, dat is op een kilometer of acht van Jeruzalem. Waarschijnlijk is hij in 570 voor Christus in Egypte gestorven. Knappe leeftijd; zo'n 85 jaar. Zijn profetieën bevatten de nodige jammerklachten en veroordelingen. Welke inhoud kent de lezing van die zondag in maart?

 

De HEER richt zich tot Jeremia: 'Ga in de tempelpoort staan en verkondig deze boodschap: Luister naar de woorden van de Heer, Judeeërs; luister, jullie die door deze poorten naar binnen gaan om de Heer te aanbidden. Dit zegt de HEER van de heerscharen, de God van Israël: Maak uw wegen en handelingen goed, dan zal ik jullie in dit land laten wonen. Vertrouw niet op valse woorden, die zeggen: "Dit is de tempel van de HEER! De tempel van de HEER! De tempel van de HEER!"

Maar als jullie jullie wegen en handelingen werkelijk goed maken, als jullie elkaar werkelijk rechtvaardig behandelen, vreemdelingen, wezen en weduwen niet onderdrukken, en in dit land geen onschuldig bloed vergieten en niet - jullie onheil tegemoet - achter andere goden aanlopen, dan mogen jullie van eeuw tot eeuw in deze plaats blijven wonen, in dit land dat ik jullie voorouders gegeven heb. 

 

In de rest van de tekst volgen nog wat dreigementen van de HEER. Hij dreigt met vernietiging van de tempel (zoals in Silo) en zelfs met verstoting van het volk. Enerzijds sta ik helemaal achter deze oproep die de HEER - in een visioen - aan de Jeremia doet; wat iemand doet en uitstraalt, komt beslist bij deze persoon of het nageslacht terug. Anderzijds heb ik moeite met dat wat ik zie als 'voorwaardelijke liefde': pas als... dan...

Maar misschien interpreteer ik het verkeerd en is de liefde er wel altijd. Dan vraag ik me wel af waarom er dreigementen geuit moeten worden? Omdat de mensen in Jeremia's tijd er een puinhoop van maken? Wordt er dreigend gewaarschuwd omdat de mensen anders niet luisteren? De waarschuwende woorden dienen - denk ik - gezien te worden in het kader van 'De Regels voor de Mensen op Aarde': dat je terugkrijgt wat je uitstraalt en doet. Toch vind ik dat het vriendelijker had gekund. Zou er in de huidige tijd positief gereageerd worden op vriendelijker woorden? Het vergt natuurlijk wel het nodige vermogen tot zelfreflectie. Is dit reflectievermogen in de huidige mensheid voldoende ontwikkeld?

 

Het evangelie, de lezing uit het Nieuwe Testament, blijkt op zondag 3 maart 2019 Lucas 6: 39-49. De inhoud verhaalt over gelijkenissen die Jezus heeft uitgesproken tegen de apostelen. Het zijn vriendelijker waarschuwingen!

 

Hij spreekt in een gelijkenis: 'Kan de ene blinde de andere blinde op de weg leiden? Vallen ze dan niet beiden in een gracht?

Een discipel staat niet boven zijn meester; pas als iemand zich alles volmaakt heeft eigen gemaakt, zal hij de gelijke zijn van zijn leermeester. Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder, terwijl je de balk in je eigen oog niet opmerkt? Hoe kun je tegen hen zeggen 'Laat mij de splinter uit je oog verwijderen', terwijl je de balk in je eigen oog niet ziet? Huichelaar, verwijder eerst de balk uit je eigen oog, pas dan zie je scherp genoeg om de splinter in het oog van je broeder te verwijderen. Want een goede boom brengt geen slechte vruchten voort, en een slechte boom brengt geen goede vruchten voort. Elke boom wordt aan zijn eigen vruchten gekend, want van doornstruiken pluk je geen vijgen en van braamstruiken geen druiven.

 

Heeft Jezus dit zo echt gezegd? Zijn het de echte woorden van Lucas? Tegenwoordig wordt er in plaats van 'broeders' vaak 'broeders en zusters' geschreven. Misschien is 'medemens' nog beter.

 

Bisschop Guy Harpigny
Bisschop Guy Harpigny

Terwijl ik op mijn stoel zit, valt het me op dat er op deze zondag in de Onze-Lieve-Vrouwe Kathedraal toch vrij weinig mensen aanwezig zijn. Zoals gebruikelijk de nodige ouderen, maar nauwelijks jongeren. Voor mij en naast mij zitten mensen die oorspronkelijk niet uit Doornik komen. Ik kan het horen aan de niet-Europese taal waarin ze met hun kinderen spreken. Peinzend vraag ik me af hoe dit gegeven - dit leeglopen van de kerk - voor de bisschop is. Ik merk dat ik hem wil aankijken; hem in de ogen wil zien.

 

Als de mis is afgelopen, komt de bisschop vanaf de viering door het middenpad naar achteren. Bij mijn stoel sta ik klaar met de camera in de aanslag, maar het loopt anders. Een beetje verbijsterd zie ik dat de andere aanwezigen van hun stoeltjes naar het middenpad gaan. Het is niet zo dat ze zich opdringen aan de bisschop. Nee, ze gaan gewoon naar buiten zonder het moment af te wachten dat de bisschop voorbij is. Hij verdwijnt in de kluwen van mensen. Als ik in het middenpad sta, loopt de bisschop reeds achterlangs de stoeltjes naar de zuidkant van het schip. 

 

Ik denk: 'Misschien kan ik hem fotograferen in het zijpad als hij de hoek omgaat?' Geen idee hoe ik weet dat hij daar aan die kant naar voren gaat teruglopen. Om de hoek staat hij plots stil en kijkt hij mij aan. Onze blikken vangen elkaar, en de wereld valt weg. Ik voel me gevangen in de meest zachtmoedige blik ooit: 'De ogen van Jezus...' 

Hij draait en 'rent' weg... wat een ONTMOETING.

Met wat moeite kom ik om de stoeltjes heen en kan ik hem nog net fotograferen, op zijn rug dat dan weer wel. Natuurlijk weet ik hoe de ogen van Jezus eruitzien; in Jezus' tijd ben ik Petrus geweest: ogen vol van onmetelijk (Gods-)vertrouwen.

 

Bronnen

- Anathoth. Op 4 december 2020 van https://christipedia.miraheze.org/wiki/Anathoth

- Bisschoppen van Doornik. In maart 2019 van https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_bisschoppen_van_Doornik

- Epistel en Evangelie van 3 maart 2019. Op 3 december 2020 van https://docplayer.nl/143371223-Zondag-3-maart-2019-in-het-kruispunt.html

- Evangelie van 3 maart 2019. Op 3 december 2020 van https://www.youtube.com/watch?v=blMx3jFvItc

- Guy Harpigny. Op 3 december 2020 van https://nl.wikipedia.org/wiki/Guy_Harpigny

- Jeremia (profeet). Op 4 december 2020 van https://nl.wikipedia.org/wiki/Jeremia_(profeet)

- Jeremia 7: 1-15. Op 3 december 2020 van https://www.statenvertaling.net/bijbel/jere/7.html

 

---> 141 WERKZAAMHEDEN - Herstel en Opgravingen

---> LIEFDE 2020 CT Inhoud

---> QUEESTE

---> HOME